Sporten in de hitte

Elke zomer merken atleten wel hoe lastig het is te sporten in de warmte. Dit blijkt eigenlijk gevaarlijk te zijn. Wetenschappers hebben onderzoek verricht naar hoe men toch kan sporten in de hitte.

Bij een inspanning komt er veel energie vrij en maar een klein deeltje wordt nuttig gebruikt. De rest van deze energie is warmte, waardoor onze lichaamstemperatuur enkele graden stijgt. Ons lichaam probeert deze warmte kwijt te raken door zweten en doorbloeding van de huid.

Als het lichaam warmer wordt dan 39,5°C,  treedt er een grote vermoeidheid op waardoor men de inspanning moet stoppen.

De hoeveelheid zweet die ons lichaam produceert om af te koelen hangt van heel veel factoren af. Enkele van deze factoren zijn: de omgevingstemperatuur, de relatieve luchtvochtigheid, de structuur van de huid, de mate van acclimatisatie, het type kledij, de aard, de duur en de intensiteit van de inspanning en zelfs de gebruikte zonnecrème.

Men moet er ook rekening mee houden dat niet elke persoon evenveel zweet. Sommige sporters kunnen tijdens een zware inspanning in een warme en vochtige omgeving tot 3 liter zweet per uur verliezen. Het maximum ligt tussen de 10 à 15 liter per dag.

Zweten heeft als negatief effect dat het bloed minder vloeibaar wordt. Hierdoor zal het hart harder beginnen slaan, de lichaamstemperatuur zal stijgen en het sporten zal moeizamer lopen. Dit kan hartkrampen, hitte-uitputting of zelfs hitteslag met de dood als gevolg hebben. Daarom moet een sporter veel drinken.

Oudere atleten ondervinden niet meer last van de warmte dan de jongere. Uit onderzoek is wel gebleken dat ze een mindere huiddoorbloeding, een mindere zweetcapaciteit en een hogere hartslag hebben. Maar gelukkig hebben ze een goede warmteregulatie waardoor ze mits de nodige voorzorgsmaatregelen met een gerust gemoed kunnen sporten in de zomer.

Om beter in de warmte te kunnen sporten kan een atleet proberen te acclimatiseren. Dit kan hij door vaak in een warme omgeving te trainen. Hierdoor zal zijn lichaam minder snel opwarmen, meer zweten en dus meer warmte afgeven.

Nog enkele tips